Previous Page  10-11 / 40 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 10-11 / 40 Next Page
Page Background

Als ik je zo bezig hoor, blijf je mis-

schien toch in één of andere functie

bij een topclub.

“In het voetbal is b.v. Ferguson al meer dan

25 jaar manager bij Manchester United.

Hij bepaalt welke spelers weg mogen en

wie er mag komen. De rode draad door-

heen de club is daardoor merkbaar. Ik

hoef geen manager genoemd te worden,

maar misschien kan ik nog wel nuttig zijn

als sportief adviseur. De komende we-

ken brengen hierover wel duidelijkheid.”

Welke duidelijke evoluties zag je tij-

dens veertig jaar coachen?

“Alles is veel fysieker geworden, het gaat

veel sneller, maar dat betekent ook dat er

technisch veel verbeterd is. Er is een tijd

geweest dat iedereen wel dacht dat hij de

eigenlijke coach was bij een ploeg. Niks is

minder waar. Waarom ben ik de enige met

zulk uitgebreid palmares? Omdat coach-

ing ook betekent: ingrijpen ‘à la minute’.”

Heb je zelf in die periode een evolu-

tie ondergaan?

“Na een wedstrijd zal ik nooit met de

spelers praten. Ik stel mezelf dan even

in vraag. Als we verloren, lag dat mis-

schien aan het feit dat we onvoldoen-

de voorbereid waren, of heb ik tijdens

de match onvoldoende ingegrepen.

Eén van de moeilijkste facetten van

het coachen, is de groep scherp

krijgen en scherp houden. Zeker

na b.v. een succes. Het mentale

aspect wordt wel eens vergeten.

Wat mezelf betreft, heb ik zeker

mijn doelstellingen niet veran-

derd, maar ik ben zachter geworden. Ik

heb ervaren dat je ook op een rustiger

manier resultaten kan boeken zonder dat

je tegen een muur moet oplopen. Mis-

schien heeft het er ook mee te maken dat

ik intussen vijf maal grootvader geworden

ben. Verder vind ik het ook belangrijk dat

bestuur en spelersgroep op eenzelfde ni-

v e a u

zitten

Een evaluatiefiche en een

functioneringsgesprek, dat

werkt!

en dat de arbitrage mee is omdat ze ook

stilaan internationale kansen krijgen.”

Heb je eigenlijk vrienden in het

handbal?

“Neen. Het zijn collega’s, méér niet. Al

geef ik toe dat ik een betere binding heb

met mensen als een Alex Jacobs, die ik

al ken als jeugdinternational, international

en coach, of met Luc Boiten, die ik ook al

jaren ken.”

Is er in ons land ook geen evolutie

gebeurd van een soort caféploeg-

en naar semi-professionele teams?

Je kan toch moeilijk zeggen dat de ge-

neratie ’95-96 een caféploeg was, als je

zag met welke ernst ze hun sport beoef-

enden. Bij Initia kwamen

kleppers als o.a. Boiten,

Bielen, De Nil, Huygen,

Polfliet, Delpire, Grand-

jean e.a. zes keer per

week trainen en ze won-

nen ook haast alles wat er

te winnen was. Momenteel is

het in Nederland veel eviden-

ter dat een speler semi-prof

wordt dan bij ons. Ze hebben

daar een andere sportmotivatie.

Kijk maar naar hun successen

op de Olympische Spelen. Bij de

Lions beseffen de spelers dat ze

vandaag en morgen meer moeten

investeren in hun sport. Bij ons is

dat veel minder het geval. Als deze

evolutie zich verder zet, degradeert

straks ons niveau en willen de Ne-

derlanders zelfs geen Bene-liga wed-

strijden meer spelen tegen Belgische

ploegen. De besturen en spelers moe-

ten dringend wakker geschud worden.

In Nederland heerst de redenering bij de

spelers dat ze nog lang genoeg in hun le-

ven moeten werken. Maar dat komt pas la-

ter aan bod en tot minstens 30 jaar willen

ze dan ook sportief genieten van hun

10

11