SOFIE GEUTJENS
Eén brok dynamisme. Een harde werkster die nooit opgeeft. Een
gouden speelster voor haar club, waar ze niet alleen speelt,
maar ook nog training geeft aan de jongeren. Als er één speel-
ster respect (en de titel ‘speelster van het jaar’) verdient,
dan is het wel Sofie Geutjens. Vorig jaar met een afgescheurde
pees haast afgeschreven voor het handbal, één seizoen niet
gespeeld en wie dacht dat ze niet meer zou terugkeren, hield
geen rekening met het karakter van de 28-jarige Limburgse, die
er bij Bocholt een topjaar van maakte.
“Het was wel mentaal zwaar om een heel sei-
zoen op de bank te zitten en mijn ploeggen-
oten te zien spelen,” blikt Sofie terug op dat el-
lendig jaar. “Maar met drie, vier bezoeken per
week bij de kiné en door hard te trainen, ben
ik er weer helemaal bovenop gekomen. Met
dank aan mijn familie, de club, de staff om me
doorheen die moeilijke periode te helpen. Ik
ben dan ook ontzettend blij dat ik er kon toe bij-
dragen als verdedigster en als rechterhoek om
met Bocholt zowel de bekerfinale als de finale
van de play-offs te halen. Ook met onze belof-
ten haalden we trouwens die finale. Dat komt
natuurlijk ook omdat we een toffe groep vor-
men en we mekaar onderling goed verstaan.”
Wel finales, maar geen prijs. “We hebben in-
derdaad jammer genoeg geen trofee kunnen
binnen halen, maar dat komt ook omdat het
voor vele meisjes de eerste keer was dat ze
op zulk niveau meededen en spelen voor 600
dolle toeschouwers waren ze ook niet gewend.
Op dat gebied hadden ploegen als Visé en
Hasselt meer ervaring, maar ik denk dat we
ook in de nieuwe competitie weer minstens op
de play-offs mogen mikken. Onze pivot is wel
vertrokken, maar we versterkten ons zeker aan
de linkerkant. Al zullen we ons geen misstap
mogen veroorloven, want ik zie dat andere
ploegen zich ook versterkten, zodat we mis-
schien wel met vijf, zes ploegen in aanmerk-
ing komen voor die play-offs.” Je zou het deze
leuke dame op het eerste zicht niet aangeven,
maar dat ze een vechtertje is, bewees ze niet
alleen vorig jaar tijdens haar revalidatie. “Ik
begon in de sport eigenlijk met het beoefenen
van karate. Zes jaar heb ik dat gedaan en ik
haalde de blauwe gordel. Maar in kata moest
je steeds maar betere stijlfiguren inoefenen,
terwijl ik liever een strijd van één-tegen-één
aanging. Ik had toen liefst van al ijshockey ge-
speeld, maar de trainingsmogelijkheden lagen
daarvoor iets te ver van bij mij thuis. En toen
ik na de karatetraining in de zaal zag hoe de
handbalmeisjes van Bocholt zich opwarmden
met een partijtje hockey, trok me dat eigenlijk
ook wel aan en ik ben dus beginnen handbal-
len toen ik 12, 13 jaar oud was.” Op drie jaar
Sint-Truiden na, bleef Sofie heel haar carrière
bij Bocholt. “Ik heb één maal een aanbieding
gekregen vanuit Nederland, maar daar ben ik
niet op ingegaan. Ik geef zelf nog training aan
onze U14 en dat doe ik heel graag. Boven-
dien wil ik met mijn diploma L.O. en informa-
tica nog andere dingen realiseren. Ik geef les
in het buitengewoon onderwijs in Wijgmaal. Ze
krijgen daar een ganse reeks sporten. Dat is op
zich al uitdagend en ik krijg ook heel veel terug
van die kinderen. Dat doet soms wel deugd.”
Veel vrije tijd om ook nog aan een relatie te den-
ken, heeft Sofie dan ook niet. Ze is nu éénmaal
gebeten door de handbalmicrobe. “Ik ben bijna
elke dag met handbal bezig. Als ik zelf niet ga
trainen, geef ik training aan de jongeren. Dan
komen daar nog de matchen bij en mijn job.
Mijn dagen zijn goed gevuld, maar ik doe het
allemaal even graag. Al vergt het wel veel van
mijn lichaam en soms spartelt die knie nog wel
eens tegen.”
De speelster van het jaar zou ook graag zien
dat er meer handballende meisjes komen. “Het
is goed dat er opnieuw een soort werking met
de nationale ploeg is opgestart, maar het blijft
nog te veel beperkt tot het spelen van enkele
toernooien. Ik besef ook wel dat we ons niveau
niet naast dat van onze Nederlandse collega’s
kunnen leggen en dat we daardoor misschien
de kans missen om tot een soort BeNeLiga voor
de vrouwen te komen. Het is natuurlijk ook een
kwestie van goede opleiding. De jeugd zou de
beste trainers moeten krijgen, maar dat is dan
weer een kwestie van beschikbare middelen.
In Bocholt hebben we er alleszins een nieuwe
meisjesploeg bij.”
Ondanks haar barstensvolle weken handbal
en haar toffe job, twijfelt Sofie regelmatig aan
zichzelf. “Typisch voor een ‘Weegschaal’, ze-
ker? Misschien moet ik het ooit iets minder in-
tensief aanpakken, maar ik doe zo veel dingen
graag en ik geef niet graag iets op. Ach, laat
mij dit seizoen maar weer helemaal afhaspe-
len zonder blessures en met Bocholt een sei-
zoen spelen dat minstens evenwaardig is aan
dat van het voorbije seizoen,” blijft de ambitie
boven drijven.
N HET JAAR SOFIE GEUTJENS
rug
15