In mei 2014 vertrok Rhino in vrijwillige ballingschap
uit eerste nationale. De succesrijke Turnhoutse
damesploeg spatte door een samenloop van omstan-
digheden uit elkaar. Té belastende verplaatsingen,
huwelijksplannen en kinderwens, studie- en profes-
sionele druk, gebrek aan motivatie,… Kortom, ieder
van de talentrijke groep had wel een reden voor een
carrièrewending. Daarom besloot het Turnhoutse club-
bestuur een doorstart te nemen in de regioreeks.
Je mocht die drastische beslissing gerust een don-
derslag bij heldere hemel noemen. De Turnhoutse
meiden stonden immers op het toppunt van hun kun-
nen. In 2012 wonnen ze de bekerfinale tegen Visé en
speelden ze Europees. Toen het forfait bekend werd
gemaakt eindigde Rhino nog derde in de eindstand en
werden de meisjes in de halve finale van de Beker van
België uitgeschakeld door de latere bekerwinnaar. ‘De
uitdaging is gewoon zoek,’ verklaarde de toenmalige
architect van dat succesteam, Kris Moens. ‘Vanuit de
jeugd is er onvoldoende instroom en in speelsters in-
vesteren kan de club zich financieel niet permitteren.
Daarom willen we vanuit de regio bouwen aan een
nieuwe ploeg en op termijn tweede nationaal bereiken.
Die reeks zou voor Rhino mooi zijn.’ En meteen vond
ook succescoach Kris Moens een nieuwe uitdaging bij
Sasja.
Puinhoop
De meeste speelsters zwermden uit naar andere
eersteklassers. Enkele oudere sterkhouders - Ruth
Quirijnen, Heidi De Beckker, Els Willems, Caroline Van
Dooren - bleven en engageerden zich om samen met
eigen jeugd aan een nieuwe ploeg te timmeren. En er
kwam ook een nieuwe T1, Aydin Tekin. ‘Ik ben er ei-
genlijk heel toevallig ingerold … door de liefde,’ lacht
de oud-speler van Ajax Lebbeke, ‘Mijn vriendin
speelde bij Rhino en ik ging naar
een wedstrijd kijken. Meteen viel
mij de wanorde op. Geen coach op de bank, geen
systeem, geen structuur, geen omkadering, kortom
het ontbrak die meisjes aan leiding en houvast. Ik heb
mezelf dan aangeboden als eerste hulp, maar zag me-
teen die doorstart wel zitten. Er stond een goede mix
van ervaring en jong talent, daar viel mee te werken.
We zijn begonnen met veel inzet en doorzettingsver-
mogen. En het liep echt vlot, het team groeide…’
Promotie
Rhino werd kampioen in de regioreeks, het jaar nadien
in de Liga. Tweemaal gepromoveerd in twee jaar kon
bezwaarlijk beter. En nu spelen de Turnhoutse dames
opnieuw nationaal. Vroeger dan verwacht?
‘Nee, zeker niet. We hadden tweede nationale als
doel gesteld, en liefst zo vlug als mogelijk,’ weet Aydin
Tekin. ‘Tweede nationale is voor Rhino een interes-
sante reeks. Het is een cocktail van sterke en minder
sterkere ploegen, van Vlaamse en Waalse clubs. Je
vindt er een top, een middenmoot en enkele staart-
ploegen. Ideaal om ons te bewijzen. Het is ook een
klassieke competitie, zonder play-offs of play-downs,
enkel met heen- en terugwedstrijden. Mijns inziens
veel interessanter dan eerste nationale.’
Tenslotte de hamvraag: wordt de hoogste
damesreeks ooit opnieuw de ambitie ?
‘Afwachten… Momenteel hebben we te weinig po-
tentieel voor twee ploegen. Een verplicht reserveteam
leveren kunnen we niet. Maar stel dat die verplichting
in eerste nationale wordt afgeschaft, dan zouden we
op termijn wel aan de topreeks durven denken. Wij
blijven immers ambitieus, we werken prestatiegericht
met deze groep. We hebben overigens al zeer bewust
enkele jonge talenten aangetrokken. Maar laat die
meiden voorlopig maar groeien in tweede nationaal,’
besluit Aydin Tekin.
Cois Van Aelst
TURNHOUTSE DAMES SPELEN OPNIEUW NATIONAAL
20