Handbal Xtra 55

E en rijzige, vriendelijke man, eerst een beetje afstandelijk, maar geleidelijk aan ontdooiend bij de komst van een hem redelijk onbekende gesprekspartner. Patrick Boes blijkt echter de juiste man op de juiste plaats te zijn. Een man met twee functies: secretaris-generaal van de KBHB en van de VHV, al blijkt mettertijd dat hij bij de VHV ‘slechts’ secretaris-generaal ad interim is, in afwachting dat de selectieprocedure is afgerond. Nadien doet hij probleemloos een stapje terug om opnieuw in de raad van bestuur van de VHV te be- landen. “Maar ik zal tegen dan met nog meer kennis van zaken kunnen meepraten over mogelijke evolu- ties binnen onze vereniging,” weet Patrick, ooit een studiegenoot van handbalinternational Guy Smeets. En van Piet Moons, tot voor kort voorzitter van de Belgische handbalbond, hij heeft zelf nog ooit les gekregen. Ben je misschien op die manier in het handbal verzeild geraakt? Patrick Boes: “Nee, helemaal niet. Ik heb zelf nooit gehandbald, maar ik vond de sport mettertijd steeds boeiender. Het begon zoals bij zovelen: mijn zoon en mijn dochter begonnen handbal te spelen bij Kortessem. Dan ga je als vader natuurlijk naar hun wedstrijden kijken. En op een dag vragen ze dan beleefd of je misschien ‘de tafel’ wil doen. En van het één komt dan het andere. Ik ben zelfs zeven jaar voorzitter van Kortessem geweest. Mijn zoon speelt er nog, mijn dochter is er na een jaartje mee gestopt.” En hoe werd je dan secretaris-generaal? “Ik zat al een jaar in het bestuur van RCL, toen de raad van bestuur kwam aankloppen. Ik dacht: waarom niet. Op deze manier kan ik nog meer informatie bekomen over het handbal en misschien iets mee betekenen voor de ontwikkeling van deze mooie sport. Sinds juni 2019 werd ik daarin opgenomen. En vanaf dan werd het een ‘rollercoaster’. Tina Muyllaert viel uit en wij gingen ervan uit dat zij nog zou terugkomen. Vandaar dat ik tijdelijk aanvaardde om a.i. secretaris-generaal te worden, met in het achterhoofd dat het niet zo lang zou duren.” Dat werd wel iets langer dan voorzien . “Inderdaad. Tina kwam niet meer terug. En er doken ook nog twee aspecten op, waar ik hoege- naamd niet op gerekend had. Enerzijds het corona-virus en anderzijds ook het feit dat de secre- taris-generaal van de VHV de komende drie jaar ook secretaris-generaal werd van de Belgische handbalbond. Dat was nog even iets meer aanpassen, want via de KBHB kwam ik ook in contact met de Europese Handbal Federatie (EHF). Drukker, maar wel interessanter, die internationale contacten. Al was er wel wat overredingskracht nodig om van het EHF gedaan te krijgen dat de interlands tegen Frankrijk en Servië niet konden plaatsvinden, omdat we gewoon niet konden train- en en omdat er ook geen zalen beschikbaar waren. Uiteindelijk is er in onze poule – met ook nog Griekenland – geen enkele wedstrijd gespeeld.” Maar kreeg je door de corona-crisis niet nét meer tijd vrij, want er kon toch niet meer gespeeld worden? “Het tegendeel was waar. Ik heb nooit zo veel vergaderd als in die periode. Ook al werden dat bijna P a t r i c k B o e s , v o o r l o p i g o p d e s e c r e t a r i s s t o e l “ ik wil iets bijdragen aan de Handbalsport ”

RkJQdWJsaXNoZXIy MjkyODgz